Richteren 14 : 1 – 9

Gemeente,

‘Hij haalde de honig eruit, nam die in zijn hand en ging al etende verder, waarna hij naar zijn vader en moeder ging en ook hun ervan te eten gaf’.

Het vreemde en wonderlijke verhaal van een man, ongewapend, die een leeuw verslaat…

Het vreemde en wonderlijke verhaal van een zwerm bijen in het karkas van een leeuw…

Deze twee wonderlijke gebeurtenissen worden dan achteraf in het verhaal een raadsel die Simson stelt aan zijn gasten op het huwelijk. Maar ik wil vandaag niet stilstaan bij dit raadsel… Ik wil vandaag stilstaan bij Simson als raadsel. Weet u, ik ga er vanuit dat elke passage in de bijbel, hoe bizar ook, steeds een boodschap draagt. En vaak als een raadsel moet ontcijfert worden… zodat we als het ware spirituele honig uit de ‘leeuw’ kunnen halen voor ons vandaag.

De meeste bijbelstudies en geleerde heren, als je dat opzoekt in dikke boeken, staan stil bij het ‘raadsel’ dat Simson stelt aan zijn gasten. Maar bijna allemaal vergeten ze dit kleine, maar o zo belangrijke detail (dat er niet zomaar staat natuurlijk!), dat Simson de honig in zijn handen aanbied aan zijn ouders.

Eén klein versje… zo vol van betekenis! Simson met handen vol honig, staande voor zijn ouders…

Is het geen beeld van Jezus, die de leeuw, de grote tegenstander, verslagen heeft… en nu hier in de kerk staat met handen vol honig en het aanbied aan al diegenen waarvan hij zegt dat ze ‘zijn broer, zus en moeder’ zijn? Jezus, overwinnaar, met handen vol honig (vreugde en zoete hoop), voor hen die op hem vertrouwen?…

Is het ook geen beeld eigenlijk van elk christen? De christen die de moeilijkheden overwonnen heeft (de leeuw) in zijn of haar leven… De christen als overwinnaar, dankzij Jezus, en die daarom en daardoor honig kan aanbieden aan de mensen die hij liefheeft?…

Is het ook geen beeld van hoe elk kind zou moeten zijn ten opzichte van zijn ouders? Niet alleen maar rechten, rechten (dat is tegenwoordig de mode in de opvoeding)… maar ook plichten van het kind tegenover de ouders die hem het leven geschonken hebben?

Simson die honig uitdeelt… Kracht die het zoete uitdeelt… Dit is wat een christen zou moeten zijn…

Een overwinnaar en een trooster : leeuwen in het leven verslaan, leeuwen in de maatschappij verslaan, en honig uitdelen aan allen die behoeftig zijn! Dat is onze christelijke taak!

De getrouwe dienaar van God die worstelt met de machten van het kwaad, op persoonlijk vlak en in de maatschappij… en die de zoete vruchten van het geloof uitdeelt aan iedereen in zijn omgeving… dat is wat een christen behoort te zijn! Zoals Simson dus.

Maar goed, laat ons terugkeren naar de bijbeltekst van vandaag, en laten we opmerken dat er drie punten zijn die onze aandacht verdienen.

En wel ten eerste dat het leven van een gelovige een strijd is, en conflicten kent. Niet zo’n populaire boodschap natuurlijk… Maar iemand die denkt dat hij maar de hemel in hoeft te glijden op zachte kussens maakt wel een erg grote vergissing : geen kruis, geen kroon… geen gevecht met de leeuw, geen honig van de bijen!…

En zulke conflicten beginnen al op vroege leeftijd. Simson is in ons verhaal nog maar jong, aan het begin van zijn carriere als richter. En het eerste wat we eigenlijk lezen over Simson is dit gevecht met die leeuw : en God gebruikt deze confrontatie om Simson te tonen hoe sterk hij wel kan zijn wanneer hij onder de invloed van de Geest van God staat. Want weet u : Simson wordt vaak voorgesteld als een soort Hercules, een man met een aangeboren ongelooflijke kracht… maar dat is hij dus helemaal niet. Eigenlijk is hij maar een gewone vent, want er staat in vers 6 : ‘Maar de Geest des Heren greep hem aan, zodat hij de leeuw uiteenscheurde…’ De kracht komt dus van God zelf, niet uit Simson!

Het leven van een christen wordt gekenmerkt door strijd… ik wenste dat het anders was. Maar zo leren we de kracht van Gods Geest kennen (als we ons haar niet knippen tenminste… dwz : als we het verbond met God niet met voeten treden). De strijd begint vroeg en is vaak keihard (ziekte, handicap, levenspartner verliezen, noem maar op…). En vaak overvalt het ons wanneer we het minst erop voorbereid zijn. Zoals bij Simson in de wijngaarden van Timna, fantaserend ongetwijfeld over allerlei vrouwelijk schoon en wat hij daar zoal mee kan aanvangen… en zie, een jonge leeuw kwam hem brullend tegemoet…

Merk op dat Simson alleen stond… hij was wel op weg gegaan met vader en moeder (zoals iedereen van ons zijn levensweg begint)… maar de leeuw overvalt hem blijkbaar op een eenzaam moment (‘want hij vertelde niet aan zijn ouders wat er gebeurd was’, staat er). Waneer de strijd in ons leven het hevigst is, staan er meestal geen andere mensen bij ons… Ons dal van diepe duisternis is vaak zo duister dat mensen er elkaar niet meer kunnen vinden… Elk leven heeft zijn geheimen, zijn raadsels, en zijn strijd… Een strijd die heel persoonlijk is… kan een ander mijn innerlijke strijd echt begrijpen, mee-lijden?

Maar dit is ook de weg naar kracht… alleen vertrouwend op God, zodat de Geest ons aangrijpt en we onze tegenstander uiteenscheuren… Er was ook niets in de hand van Simson, staat er in vers 6… Hij was totaal onvoorbereid!… Is dat niet zo in onze leven? Dat we geconfronteerd worden met onverwachts lijden, conflict…? En we hebben helemaal geen wapen om te strijden… in dat eerste ogenblik voelen we ons volledig verloren… en we zouden ook verloren zijn hadden we geen vertrouwen gehad op deze God… Broeders en zusters, we hebben de leeuw verslaan… en we zullen hem nog verslaan in ons leven… en er is niets in onze hand! Er is geen geheim wapen… of het is de kracht van de Geest van God zelf die op ons toesnelt en ons helpt in ons lijden, in onze strijd (onzichtbaar voor deze wereld, en daarom lijkt het ook alsof we niets in onze hand hebben)!

Als God met ons meestrijd, wie zal ons kunnen weerstaan? Maar dit is dus wel een noodzaak, dat we de kracht van de Geest mogen ervaren, verkrijgen in ons leven. Geholpen door die Geest is onze overwinning compleet… vandaar dat er ook staat dat Simson de leeuw ‘uiteenscheurde’… niet zomaar eventjes kwetsen, verjagen, of zelfs doden… maar volledig uiteenscheuren! Door het geloof kunnen we bergen verzetten, en jawel, zelfs de ‘leeuwen’ in ons leven uiteenscheuren.

Is er alleen maar strijd in het leven van een gelovige? Godzijdank, nee! En dit is dus ons tweede punt uit dit verhaal van Simson : het leven van een gelovige heeft ook zijn ‘honig’, het is niet altijd leeuwen die we moeten uiteenscheuren… Maar wat vrij typisch is voor de gelovige, is dat hij zijn vreugde, zijn ‘honig’ haalt uit de leeuwen die verslagen voor hem liggen. Denk aan onze zonden, onze overtredingen… overvloedige genade! Dit is toch wel de grootste vreugde denkbaar dat al die fouten in mijn leven van geen tel zijn voor God… Denk aan overwonnen begeertes die geen macht meer uitoefenen op ons… als dat zo is… is er een grotere vreugde denkbaar dat ik geen slaaf meer ben van zulke verleidingen, dat ik mijn leven niet langer laat beheersen door mijn verlangens? Telkens wanneer we overwinnen ontvangen we spirituele ‘honig’. Wanneer je door dat dal van diepe duisternis bent gegaan en je ziet voor het eerst weer de eerste zonnestralen… is er grotere vreugde dan dat?

Broeders en zusters, het leven is een strijd, leeuwen liggen voortdurend op de loer… maar Godzijdank is er de honig in ons leven van zonden die vergeven zijn, verleidingen die we weerstaan… van oases in de woestijn, van medegelovigen op onze weg, zij die ons helpen…

En zo komen we op het derde punt die we uit dit verhaal van Simson kunnen leren : naast de strijd in het leven van elke gelovige, en naast de honig die de gelovige ontvangt… is er nu het delen van die honig met de naaste. Ja, het is onze taak, onze privilege, de honig te delen met anderen. Dat is wat een christen hoort te zijn : de overwinnaar van leeuwen (Simson), die handen vol honig uitstrekt naar de naaste (zijn ouders). En zo is het onze taak om het evangelie, die goede boodschap toch, te delen met anderen… en toch in de eerste plaats met mensen die ons dierbaar zijn : onze ouders (zoals Simson), onze familie, onze kinderen… maar ook met vrienden, mensen op het werk, of op school…

Merk op dat Simson de honig bracht met zijn handen die hij als kom gebruikte… dat lijkt ons toch een beetje, hoe zal ik het zeggen, vies eigenlijk, niet proper… Maar Simson had natuurlijk geen aardewerk kom bij zich of schaal om die honig daar mooi op te leggen…

En zo is het ook met het brengen van het evangelie aan anderen… vaak denken we dat we dat alleen maar op een cultureel verantwoorde manier mogen of kunnen doen… in poezie bijvoorbeeld, of in een prachtig geschreven oeuvre… Niets is minder waar : het beste is zoals Simson het doet, met zijn handen. Ruig, geen doekjes omwinden, zeggen zoals het is (mag ook in dialect!)…

Anders let men toch meer op de vorm dan op de inhoud. Geef de honig van de goede boodschap met je handen, dan worden mensen niet afgeleid door de versierselen op de schaal die je zou willen gebruiken.

Maar Simson deed ook meer dan enkel maar vertellen… we lezen niet dat er staat : ‘en hij vertelde zijn ouders over de honig die hij gevonden had…’ Nee, er staat : ‘waarna hij naar zijn vader en moeder ging en ook hun ervan te eten gaf…’ Het is dus niet alleen blablabla… maar ook de gevonden genade tonen aan die anderen : tonen in de manier waarop je leeft, hoe je je gedraagt, je temperament… alles wat een christen is moet die honig uitstralen naar anderen. Je leven zelf moet de uitnodiging zijn deel te nemen aan deze honig… Als ons doen en laten vol is van Christus dan preken we Christus zonder woorden.

Daarom draagt Simson de honig in zijn ‘handen’ : het is wat hij doet, zijn hand-elen: de overwinning, de naastenliefde… dat is als honig voor de ander. Een heilig leven is de beste preek!

Merk ook de bescheidenheid van Simson op : hij vertelde zijn ouders niet van zijn overwinning op de leeuw. Ik denk dat bescheidenheid zo’n zeldzaam fenomeen is dat de bijbel het hier met opzet vermeld bij Simson. Broeders en zusters, laat ons niet zwijgen wat de Heer voor ons heeft gedaan… maar laten we stil zijn in wat wij voor Hem hebben gedaan.

Eigenlijk hebben we in deze passage van Simson de essentie van wat een christen zou moeten zijn : overwinnen op de leeuw dankzij de kracht van de Geest (!), honig ontvangen en uitdelen aan de naaste.

Zo simpel is het eigenlijk…

Maar weet u waar het fout loopt?… En het is ook zo in ons verhaal : Simson maakt er een raadseltje van… en dat eindigt in miserie en zelfs bloedvergieten. En zo is het ook in deze wereld : geleerde mannetjes maken een raadsel van het geloof : ze schrijven ingewikkelde boeken… ze kunnen dan ruzie maken over de interpretatie van een komma (de kerkgeschiedenis staat er vol van). Ze maken het geloof zo ingewikkeld dat zelfs engelen moeite zouden hebben om te antwoorden. En zo zijn er kerkscheuringen gekomen… Hoe kan dat nou? Hoe kan je tot ruzie komen bij het uitdelen van honig?

Maar dat doen die geleerde bollen allang niet meer : ze zitten na te denken over het raadse : ‘Spijze ging uit van de eter, en zoetigheid van de sterke’… dat is niet de weg…

Overwin de leeuw, broeders en zusters, niet met eigen kracht, maar met de kracht van de Geest die God ons schenkt (zoals Simson)… ontdek de honig die ons wacht na elke overwinning… maar hou dat niet voor jezelf… deel uit aan anderen… deel in je vreugde, in je geloof, in je hoop, in je liefde… in je honig!

Dat is onze taak!

Amen.