Gemeente,
‘… en zij bond het scharlaken koord aan het venster.’
De apostel Jakobus gebruikt Rachab als een voorbeeld om te tonen hoe geloof altijd samen gaat met goede werken (Jak 2 : 25, waar hij schrijft) : ‘En is niet evenzo Rachab, de hoer, uit werken gerechtvaardigd (!), toen zij de boodschappers in huis nam en langs een andere weg liet heengaan?’ (Geen wonder dat de Luther eigenlijk deze brief uit het NT wilde halen).
En in de Hebreeënbrief (Paulus?) lezen we (11 : 31) : ‘Door het geloof is Rachab, de hoer, niet met de ongehoorzamen omgekomen…’
Zodus is Rachab, de hoer, voor ons zowel een voorbeeld van geloof als van goede werken. Het is dus met grote aandacht dat we moeten kijken naar het verbond dat ze sloot met de twee spionnen. En het is een ‘verbond’ want ze zeiden tot haar (vers 17) : ‘Wij zullen ontslagen zijn van deze eed aan u, die gij ons hebt doen zweren – zie, wanneer wij het land binnenkomen, moet gij dit koord van scharlakendraad binden aan het venster…’
Nu kunnen we, dankzij deze scharlakendraad, vier belangrijke punten ontdekken in dit verhaal.
Ten eerste zien we gehoorzaamheid in de gelovige. En niet zomaar gehoorzaamheid, maar wel exacte gehoorzaamheid. Ze gebruikte niet zomaar één of ander touwtje, maar wel de exact zelfde draad die de mannen gevraagd hadden : de scharlakendraad. Ze gebruikte geen blauw of groen, geen dunner of dikker touw… Gehoorzaamheid aan God is dan ook gehoorzaamheid tot in de kleinste details.
Dat wordt bedoeld als we lezen in het OT dat deze God een ‘jaloerse’ God is : hij verwacht de exacte naleving van zijn regels. Mozes sloeg de rots in plaats van te spreken… zo’n klein verschil, één klein foutje… en hij ging het beloofde land niet binnen! Broeders en zusters, wij zijn als soldaten in het leger van Christus en daarom exacte gehoorzaamheid… niet aan één of andere kerk of aan bepaalde dogma’s, maar aan de wil van de Vader. Daarom : lees in dat meest verkochte, maar minst gelezen boek ter wereld : de bijbel. Misschien denkt u : ach, ik ga toch braaf naar de kerk en luister iedere week naar zo’n preek… Wat is dat nu een preek? Hier een versje, daar een versje… 99% van de verzen worden overigens nooit gelezen in de kerk (leve het leesrooster)… en voorgangers maken bovendien ook nog heel wat fouten (ook dat nog)… hoe zou U ooit een overzicht kunnen krijgen van de ganse boodschap, van het geheel zonder te lezen in de Schrift zelf?
Zie toch de gehoorzaamheid van Rachab, de hoer. Gehoorzaamheid in een schijnbaar heel klein, onbelangrijk detail toch. Ze had toch evengoed kunnen denken : Ik heb die mannen toch maar mooi gered en ik geloof ook wel in de God van Israel… meer is toch niet nodig om behouden te worden? Moet ik nu echt gaan prutsen met die draad? Dat is toch maar bijkomstig, het essentiële heb ik toch al volbracht?…
Dit verhaal toont ons hoe belangrijk het is meer te doen voor God… niet alleen denken aan eigen behoud en dan stoppen… maar verder te gaan in gehoorzaamheid : doen wat Hij van ons verlangt!
Gehoorzaamheid, broeders en zusters, in alle dingen : ook die dingen waarvan we vermoeden dat ze niet essentieel zijn voor het eigen behoud.
Merk ook op hoe dit kleine detail van gehoorzaamheid een diepe symbolische betekenis had. Een rood touw langsheen een muur doet toch maar denken aan het bloed van het pesach-lam aan de deurposten…
‘Pesach’ betekent ‘het voorbijgaan’ (van de dood)… Ook voor Rachab zou de dood aan haar huis voorbijgaan en niet binnenkomen. Dus zo’n klein detail als de kleur (rood en geen ander!) van het te gebruiken touw is van groot symbolisch belang… En hoe vaak zien we niet in de kerkgeschiedenis grote fouten binnensluipen in de kerk omdat men een klein, schijnbaar zinloos detail uit de bijbel heeft gerelativeerd of aangepast aan de ‘moderne tijd’ (zoals dat heet)…
Deze gehoorzaamheid van Rachab aan dit kleine detail kwam voort uit geloof. Ze geloofde dat de sterke stad Jericho zou vernietigd worden door een nog ongezien leger. Ze geloofde in de belofte haar gedaan door twee voor haar onbekende mannen, vreemdelingen… Had ze gelooft, maar niets gedaan… geen rood touw aan haar venster gehangen… dan was ze omgekomen net als de anderen. Wat toch maar toont dat geloof zonder werken eigenlijk een dood iets is.
Ten eerste hadden we dus de gehoorzaamheid tot werken van de gelovige. Ten tweede wil ik u wijzen op de aard van het verbond tussen de hoer en de spionnen.
En dit verbond is als volgt samen te vatten : Rachabs leven wordt gespaard als ze een rood touw aan haar venster hangt. Hierop moet ze haar vertrouwen stellen : dat het volk Israel dat rode touw zal zien en daarnaar zal handelen, dat de muren rondom haar zullen instorten maar niet haar stukje muur…
Het is een ‘vertrouwensverbond’ om het zo maar te zeggen… Niemand kan dat vertrouwen stellen in haar plaats… zij moet dat rode touw daar hangen! Dat wil zeggen : je moet een keuze maken in je leven. Dat rode touw komt daar niet vanzelf… Het is Rachab die een blindelingse sprong van vertrouwen maakt. Blindelings : want de stad Jericho leek toch heel erg sterk… wat zou zo’n rondtrekkende bende, het volk Israel, kunnen doen tegen die stenen muren, de grote wachttorens…?
En zo moeten ook wij blindelings vertrouwen… ook wij moeten die rode draad aan ons venster hangen… ook wij moeten het bloed van het paaslam aan onze deurposten smeren… ook wij moeten ons vertrouwen stellen op het verbond : wat Jezus voor ons gedaan heeft 2000 jaar geleden…
‘U geschiede naar uw geloof!’ (Matt 9:29) is de regel van het Vaderhuis waar Christus regeert. Broeders en zusters, door een levend geloof, grijp de beloftes van deze God, en stel je vertrouwen op Hem!
We lezen niet dat Rachab verdere voorbereidingen trof voor de komende belegering nadat ze het touw had bevestigd. Dat was ook niet nodig, want ze vertrouwde op de goede afloop haar belooft…
En zo moet het ook met ons zijn… Waarom zouden we bang zijn voor wat komen gaat? Waarom maken we ons druk over wereldse beslommeringen?… Wie gelooft, wie vertrouwt op deze God mag tot rust komen. De vrede van God is ons deel geworden. Toon dan je blindelings vertrouwen in het volbrachte werk van Christus…
Na gehoorzaamheid en blindelings vertrouwen komen we op het derde puntje waar ik het vanmorgen over wil hebben. En dat betreft iets wat ik me als kind altijd afvroeg bij het horen van dit verhaal. Namelijk dat rode touw aan dat venster… dat valt toch wel heel erg op? Haar stadsgenoten moeten dat toch ook gezien hebben? Je kan dat toch niet in het geniep doen?… Rachab bond dat touw niet ergens in haar kelder, niet in één of andere privé-kamer… maar aan haar venster! Zodat iedereen het kon zien…!
Het was haar openlijke verklaring van geloof… En ok, niet al haar stadsgenoten zullen de betekenis daarvan begrepen hebben natuurlijk… maar ze zullen wel door gehad hebben dat er iets ‘vreemds’ aan de hand was… dat Rachab ‘anders’ was… mensen zullen haar wel al gemeden hebben als hoer natuurlijk… maar nu is ze wel helemaal te gek met rode touwen uit haar venster : te mijden!
Nu zijn er heel wat christenen die wel geloven… maar dat niet tonen aan de buitenwereld (wat zouden de buren wel zeggen?). Wees niet beschaamd voor je geloof, voor Jezus… kom naar voren (in vrees en beven) en bind het rode touw openlijk aan je venster! En dat kan op vele manieren : zelfs in een eenvoudig gesprek, koffieklets, zou ieder nadenkend persoon in een kwartiertje moeten doorhebben dat je ‘anders’ bent… dat je handelt naar ‘andere’ dan wereldse maatstaven en naar wat deze maatschappij ‘normaal’ vindt… Maar niet alleen in koffieklets… ook in uw werk, een zakengesprek, een onderwijzing, een verzorging… hang het rode touw aan uw venster! Mensen moeten u gaan zien als ‘anders’ en daar hopelijk zo door geintrigeerd geraken dat ze ook zelf verder willen zoeken.
Het laatste en vierde punt uit dit verhaal is de zegel op het huis : een huis toegewijd aan het verbond, zichtbaar dankzij de rode draad aan het venster. En zo zou het ook met onze eigen woonplaats moeten zijn : toegewijd aan de Heer. Dat wanneer vreemden het huis betreden zij mogen weten dat de bewoners christenen zijn (of althans trachten te zijn). Bijbels, niet verstopt in een stoffige kast op het tweede verdiep, maar zichtbaar aanwezig in de woonkamer… duidelijk gebruikt. Misschien een kruis of een zeven-armige kandelaar op een mooie plaats… niet dat die dingen ons redding geven… maar dat we zo mogen tonen, nog voordat iets gezegd is, waar ons vertrouwen rust.
Huis en kerk moeten als het ware een beetje versmelten : je woonplaats als ‘kerk’ met dagelijks gebed en bijbellezen of bijbelstudies… en de kerk als een huiselijk iets met warmte en geborgenheid… De voorganger als een vader (of moeder) voor de aanwezigen… de ouders op hun beurt als voorgangers in hun huis…
Matthew Henry heeft eens gezegd : ‘Zij die bidden, doen goed. Zij die de Schrift lezen en bidden, doen beter. En zij die de Schrift lezen, bidden en zingen, doen best!’… Helaas beantwoord ik daar ook niet aan, want ik kan niet zingen. Maar dit is (zij het figuurlijk) de rode draad aan het venster : het huis draagt het zegel van Godswege. De bewoners tonen zich naar buiten toe als toegewijden aan de Heer. Niemand kan er naast kijken : het drievoudige rode snoer hangt zichtbaar : bidden, bijbellezen, lofprijzing…
Merk ook op hoe het gesloten verbond zich uitbreidt… Het was niet alleen Rachab die gered werd (alleen zij had de mannen gered en het touw aan het venster gehangen toch), maar ook haar ouders en haar broers en zussen en al hun familie (lezen we in vers 13) werden gered! Maar ook zij moesten allemaal in dat huis ondergebracht worden (vers 18), dat was de afspraak. Ook zij moesten dus, met andere woorden, gebracht worden onder het zegel van het scharlaken koord. Iedereen in dat huis behoorde toe aan het scharlaken koord… Ook die ouders en die familie zullen hun vertrouwen gesteld hebben op dat teken… anders waren ze wel lachend in hun eigen huis gebleven…
Het zegt ook iets, meen ik, over de mensen die we in ons huis binnen brengen… vrienden en dergelijke… Daarom is het overigens niet slecht om vaak over religieuze zaken te praten : de ongeinteresseerden zullen dan wel tweemaal nadenken voor ze nog binnenkomen.
Eigenlijk moeten we betrachten in alles wat we doen… alle wereldse zaken die we ondernemen… elk gesprek die we beginnen… moeten we het scharlaken koord aan ons (figuurlijk) ‘venster’ hangen. Als een filter zou je kunnen zeggen : dat wereldse zaken buiten blijven. Dat alles wat zich in het eigen huis afspeelt, de zegen van God kan wegdragen. Jozua zelf zegt het als volgt : ‘Ik en mijn huis, wij zullen de Here dienen!’ En we zouden eraan moeten toevoegen : ‘… en het scharlaken koord zal aan mijn venster hangen!’
Daarom, broeders en zusters, wees niet laks wanneer het op huiselijke aangelegenheden aankomt…
Laat het scharlaken koord aanwezig zijn van de kelder tot in de zolder… Laat het zo zijn in je huis dat, wanneer de Here zelf aan je deur zou aanbellen, dat je zou kunnen zeggen : ‘Kom toch binnen! Er is niets waarvoor ik mij schaam in mijn huishouden… Overal hangt het scharlaken koord.’
Amen.