Gemeente,
‘Jezus nu had Martha en haar zuster en Lazarus lief. Toen hij dan gehoord had dat hij ziek was, bleef Hij nog twee dagen in de plaats waar Hij was…’
Vriendschap, broeders en zusters, is een zeldzaam iets. Daarom lezen we in Spreuken (17:17) : ‘Een vriend heeft te allen tijde lief…’ Te allen tijde! Ja in ‘t bijzonder in tijden van problemen ken je je ware vrienden toch? Zij zijn daar wanneer je ze nodig hebt, om je te steunen, te troosten…
Ook Jezus kende vriendschap. Ja, zijn meest dierbare vrienden waren deze drie die hier vermeld worden in onze tekstlezing : de zussen Maria en Martha en hun broer Lazarus uit het dorpje Bethanië. Deze familie wordt ons vermeld in alle vier evangeliën. Daarom mogen we wel stellen dat ze een bijzondere plaats innamen in het hart van Jezus. We weten niet hoe ze elkaar leerden kennen of hoe lang ze elkaar al kenden. Wat we wel mogen leren in de verhalen is de impact van Jezus op hun leven. Martha diende de Heere met allerlei praktische handelingen (zij werkte hard). Maria zat steeds aan de voeten van Jezus om te mogen leren van Hem (zoals de andere discipelen). En Lazarus was… een stil iemand (want in geen enkel evangelie zegt hij ook maar iets). Er wordt wel eens verkeerdelijk gedacht dat stille mensen van geen betekenis zijn, maar Lazarus toont ons het tegenovergestelde. Ja, Lazarus mocht dan wel niets zeggen, maar hij toonde wat de kracht van Christus in ons leven kan betekenen tot opstanding. Na zijn opstanding bracht hij namelijk een levende getuigenis : (Joh 12:9v) : ‘Een grote menigte dan van de Joden kwam te weten dat Hij daar was; en zij kwamen niet alleen vanwege Jezus, maar ook om Lazarus te zien, die Hij uit de doden opgewekt had. En de overpriesters beraadslaagden om ook Lazarus te doden, omdat omwille van hem velen van de Joden wegliepen en in Jezus geloofden…’…
Martha gaf haar werk, Maria haar liefde en aandacht, en Lazarus gaf zijn levende getuigenis. Zij waren bijzondere vrienden van Jezus… En dan lezen we daar : ‘Jezus nu had Martha en haar zuster en Lazarus lief. Toen hij dan gehoord had dat hij ziek was, bleef Hij nog twee dagen in de plaats waar Hij was…’ Dat is wel heel eigenaardig, toch?
Misschien mogen we zelfs opmerken dat het ziek worden van één van de vrienden van Jezus toch ook wel heel eigenaardig is. En misschien vonden de zussen dat ook want zij stuurden de boodschap naar Jezus : (vers 3) ‘Heere, zie, hij die U liefhebt, is ziek!’… Het Griekse woordje voor ‘zie’ (Gr. ‘ide’) is een tussenvoegsel die wijst op verwondering : de zussen waren compleet verrast dat Lazarus ziek werd. Ze waren verrast dat deze bijzondere vriend van de Messias ziek kon worden… Er zijn namelijk nogal wat gelovigen die verkeerdelijk menen dat een ‘gelovige’ (als zijn of haar geloof maar groot genoeg is natuurlijk (zeggen ze dan)) beschermd wordt en niet (ernstig) ziek kan worden. Dit, broeders en zusters, is wel een heel erg foute onbijbelse gedachte (onze schriftlezing voor vandaag bewijst dat heel nadrukkelijk!). Vrienden van Jezus kunnen wel degelijk heel erg ziek worden, ja dodelijk ziek!
Ja, Jezus had deze man (Lazarus) bijzonder lief en toch werd hij ernstig (ja, dodelijk!) ziek! Dit is een eerste en heel belangrijke opmerking die we mogen plaatsen bij deze tekst : de liefde van Jezus beschermt in deze wereld niet tegen (ernstige) ziekte of lijden!
Toch hebben christenen een enorm voordeel ten opzichte van ongelovigen : en dat is het voorrecht van gebed. Eigenlijk is de vraag van Maria en Martha aan Jezus als een ‘gebed’, zou je kunnen zeggen. Want Jezus was niet lichamelijk aanwezig bij hen, maar op een hele afstand. Ze konden hem niet zien en toch stuurden ze een boodschap. Dit is als een gebed met andere woorden. En dit voorbeeld van gebed leert ons drie puntjes aangaande bidden.
En wel ten eerste : ze brachten het probleem (van ziekte), hun nood, tot bij Jezus. Dat is wat we kunnen doen in gebed als gelovige. Een ongelovige heeft dat voorrecht niet. Het is reeds een troost om dit te kunnen doen! Psalm 46:1 leert ons : ‘God is ons een toevlucht en vesting; Hij is in hoge mate een hulp gebleken in benauwdheden…’ Zo’n gebed te kunnen brengen zal toch vrede hebben gebracht in de harten van Maria en Martha. Want ‘geloof’ (als het goed is) is bovenal vertrouwen. Vertrouwen dat God zal helpen op de best mogelijke manier (maar toch misschien anders dan je gedacht had). En zelfs als het antwoord dan anders blijkt te zijn, moeten we steeds blijven vertrouwen op Hem.
Ten tweede kunnen we leren uit dit gebed van Maria en Martha dat het fundament waarop ze hun vraag-gebed bouwen de liefde is van God, van Jezus voor de mens! Vers 3 : ‘Heere, zie, degene die U liefhebt, is ziek…’ Dit is uitermate belangrijk in elk gebed! De vraag van het gebed mag nooit komen uit de gedachte dat God wel zal handelen omdat wij Hem liefhebben (wat eigenlijk nooit het geval is). Dat God zal handelen omdat Hij Zich verplicht voelt vanwege onze ‘prestatie’ van liefde voor Hem. Nee, God handelt altijd en alleen omdat Hij het is, die ons op de eerste plaats liefheeft, zelfs al zijn we nog steeds zondige mensen! God heeft steeds het initiatief : Hij handelt in ons, Hij werkt in ons, Hij heeft ons eerst Levend gemaakt! 1 Joh. 4:19 : ‘Wij hebben Hem lief, omdat Hij ons eerst liefhad!‘… Vanuit Zijn liefde voor ons moeten we dan ook bidden.
Ten derde mogen we leren uit het gebed van Maria en Martha dat we niet moeten bidden met de gedachte dat we God eens zullen zeggen wat Hij moet doen. Merk op dat het enige wat Maria en Martha vragen van Jezus is het volgende : ‘Heere, zie, hij die U liefhebt, is ziek…’ Dat is het! Niets meer, niets minder. Ze brachten hun nood voor Jezus, maar zeiden niet wat Hij dan wel moest doen. Merk op : er is uiteindelijk zelfs geen rechtstreekse vraag naar genezing. Hoe bijzonder is dit toch! Ze plaatsten het probleem in Zijn handen en vertrouwden volledig op Hem! Hoe dichter we bij God staan, hoe meer wij ook zo zullen handelen.
Nu is de reactie van Jezus op dit ‘gebed’ van Maria en Martha bijzonder en verhelderend voor ons. Het eerste wat Jezus zei toont ons Zijn kijk op ons lijden : (vers 4) ‘Deze ziekte is niet tot de dood…’
Dat lijkt wel heel eigenaardig en sommigen zouden wellicht zeggen dat Jezus hier de mist in gaat, want Lazarus stierf wel degelijk twee dagen later. Waarom zegt Jezus dat dan zo in de tekst?… Omdat Hij Zijn kracht tot Leven kent. Omdat Hij weet dat Hij de Opstanding is! (Ik spreek in de tegenwoordige tijd!). Ja, omdat Hij dan ook de Opstanding is van ons allen, zelfs wanneer wij zullen sterven. Daarom leidt de ziekte van Lazarus niet tot de Dood (met hoofdletter). Telkens wanneer een christen sterft moeten medegelovigen dan ook zeggen : ‘Deze ziekte is niet tot de dood…’, want hij of zij zal opstaan in het eeuwige Leven met Jezus die ons voorging. Dit is wat Paulus ons schrijft in 1 Kor. 15:42vv : ‘Zo zal ook de opstanding van de doden zijn. Het lichaam wordt gezaaid in vergankelijkheid, het wordt opgewekt in onvergankelijkheid. Het wordt gezaaid in oneer, het wordt opgewekt in heerlijkheid. Het wordt gezaaid in zwakheid, het wordt opgewekt in kracht. Een natuurlijk lichaam wordt gezaaid, een geestelijk lichaam wordt opgewekt…’ Deze leer van opstanding mag een bijzondere troost zijn voor iedereen die geconfronteerd wordt met het verlies van geliefden.
De reactie van Jezus op de ziekte van Lazarus leert ons echter niet alleen over de opstanding, maar leert ons ook hoe Jezus ons zal brengen tot heerlijkheid. Het toont ons echter een plan waar veel mensen, ook gelovigen, het heel erg moeilijk mee hebben : (vers 5) ‘Jezus nu had Martha en haar zuster en Lazarus lief. Toen hij dan gehoord had dat hij ziek was, bleef Hij nog twee dagen in de plaats waar Hij was…’ Wat een uitzonderlijke combinatie! Jezus had hen lief… en daarom wachtte Hij tot Lazarus gestorven was!! Hij had hen lief, daarom wachtte Hij!!…
Dit wijst ons erop dat God werkt volgens Zijn plan op Zijn tijd. Wie de bijbel leest kan niet anders dan opmerken hoe gelovigen steeds moeten wachten. Er zijn talloze voorbeelden : Abram bad jaren en jaren en jaren om een kind te mogen hebben, totdat de situatie volledig hopeloos was, voordat er iets gebeurde! Jozef werd als slaaf verkocht en zat twee jaar in een gevangenis omdat hij weigerde te zondigen. Mozes moest 40 jaar wachten in de woestijn van Midian voor hij terug kon keren naar Egypte om het volk te bevrijden… We wachten en wachten en begrijpen niet waarom : maar soms vinden we reeds een hint in een bijbeltekst (Gen 50:20) ‘… jullie hebben kwaad tegen mij bedacht (zei Jozef tegen zijn broers), maar God heeft dat ten goede gedacht, om te doen zoals het op deze dag is : een groot volk in leven te houden!’…
Psalm 27 leert ons : (vers 14) ‘Wacht op de HEERE, wees sterk en Hij zal uw hart sterk maken; ja, wacht op de HEERE…’ Psalm 130 zegt ons : (vers 5v) ‘Ik verwacht de HEERE, mijn ziel verwacht Hem en ik hoop op Zijn woord. Mijn ziel wacht op de Heere, meer dan wachters op de morgen, wachters op de morgen…’ Mijn ziel wacht op de Heere!
Nu is het zelfs niet alleen wachten op iets waarvan we kunnen uitgaan dat we het dan wel zullen ontvangen in dit leven. Zelfs dat is niet altijd het geval! Hebr. 11:13 : ‘Deze allen (de geloofsvoorbeelden) zijn in het geloof gestorven. Zij hebben de vervulling van de beloften (waarop zij aan het wachten waren!) niet verkregen, maar hebben die vanuit de verte gezien en geloofd…’ Wachten, broeders en zusters, is een essentiële theologische (christelijke) categorie!
Daarnet citeerde ik Gen. 50:20 : ”… jullie hebben kwaad tegen mij bedacht, maar God heeft dat ten goede gedacht, om te doen zoals het op deze dag is…’ In onze tekstlezing voor vandaag vinden we eigenlijk dezelfde reden zou je kunnen zeggen in vers 4 : ‘En toen Jezus dat hoorde, zei Hij : Deze ziekte is niet tot de dood, maar is er met het oog op de heerlijkheid van God, opdat de Zoon van God erdoor verheerlijkt wordt…’ Met andere woorden (en dat is de boodschap die voor ons soms moeilijk is om te dragen) : God weet dat er belangrijkere zaken zijn dan dat we verlost worden van ziekte en/of lijden… Dat er belangrijkere zaken zijn dan dat we een goeie job vinden bijvoorbeeld… (al die zaken waar wij steeds voor bidden). Ons geloof, bijvoorbeeld… de groei van ons geloof is belangrijker. Dat we steeds meer en meer leren vertrouwen op God, zelfs al zien we de antwoorden niet onmiddellijk. Te leren wachten in vertrouwen!!
En het hoogste doel van de mens is niet geluk, genot, plezier, financieel gewin, macht… al die dingen die wij voortdurend bedenken en belangrijk vinden in dit leven. Nee! Het hoogste doel van de mens (schepsel van God) is om God te verheerlijken. Alles is daaraan ondergeschikt! En wat willen we daarmee zeggen? God verheerlijken wil zeggen dat in alles God de eerste plaats wordt gegeven, omdat Hij Leven is in en voor alles. Als God (Zijn Leven) niet het belangrijkste is in iets, is datgene gedoemd om te sterven : geen Leven leidt tot de Dood. Jezus had makkelijk onmiddellijk kunnen vertrekken om Lazarus nog te genezen voor hij stierf. Maar dat zou minder tot Gods heerlijkheid geweest zijn. Door Lazarus op te wekken uit de dood, kwam de heerlijkheid van God meer aan het licht : Zijn Leven werd duidelijker aan de mens getoond! Joh. 11:45 : ‘Velen dan van de Joden die naar Maria toe gekomen waren en gezien hadden wat Jezus gedaan had, geloofden in Hem…’
Daarom, broeders en zusters, bent U bereid om uw leven in dienst te stellen van de heerlijkheid Gods? Want dat is het wat van ons, gelovigen, verwacht wordt. Het is daarom dat we zo vaak moeten wachten op iets wat we graag nu reeds zouden willen zien in ons leven. Maar het is beter voor ons om te wachten zodat God op grotere wijze in ons leven kan werken. Vaak zien we dat hogere doel niet, en daarom beginnen we te twijfelen. Maar dat is wat ‘geloof’ moet zijn in ons leven! Geloof is niet het ‘kennen’ van een aantal geloofsregels, maar is in de eerste plaats een VERTROUWEN op datgene wat we nu nog niet zien en/of ervaren. God zal Zich verheerlijken in en door ons leven op Zijn tijd en volgens Zijn plan, wanneer wij maar leren om te wachten.
Ga dan heen in de wereld, bidt dat we geduld mogen hebben om Zijn heerlijkheid te zien. Bidt dat Hij Zijn goede werken mag werken in ons op Zijn tijd en volgens Zijn plan. Vertrouw op Hem tot in alle eeuwigheid!
Voorbede.
Hemelse Vader,
Leer ons om steeds meer en meer te bidden tot U!
Leer ons om al onze problemen en lijden
voor Uw aangezicht te brengen.
Schenk ons de wijsheid om te vertrouwen
dat U ons steeds als eerste liefhebt, en dat we
daarom mogen bidden tot U in de zekerheid
dat U ons steeds hoort en dat U steeds zult antwoorden,
maar misschien op een heel andere tijd
en op een heel andere manier dan we gedacht hadden.
Maak ons duidelijk dat onze ziekte nooit is tot de dood.
Maar dat Uw Leven steeds in ons zal triomferen,
tot glorie en heerlijkheid van Uw Naam.
Schenk ons de moed, het geduld, het vertrouwen
om steeds te wachten op Uw Woord in ons leven.
Doe ons inzien dat Uw plan voor ons
belangrijker is dan de onmiddellijke
vervulling van onze aardse wensen.
Doe ons inzien dat het hoogste doel in ons leven
niet geluk is, of gezondheid, of financieel gewin…
Maak ons duidelijk dat het hoogste doel is
om Uw Naam te verheerlijken in alles wat we doen.
Alles is daaraan ondergeschikt!
Dat we in alles wat we doen en betrachten
Uw Leven aan de naaste willen schenken.
Geef ons dagelijks de kracht door Uw Geest
om ons leven in dienst te stellen
van Uw heerlijkheid op deze aarde.
Wij vragen U dit in Naam van Uw Zoon,
Jezus Christus, de gekruisigde.
Amen.