2 Korintiërs 4 : 1 – 15

Gemeente,

‘Maar wij hebben deze schat in aarden kruiken, opdat de allesovertreffende kracht van God zou zijn en niet uit ons…’

De tweede brief van Paulus aan de Korinthiërs is een heel bijzondere brief. Er wordt namelijk heel weinig uit gepreekt voor zover ik weet. Want je vindt er namelijk niet veel theologie in. Het is niet zoals al die andere brieven van Paulus waar allerlei dogmatische principes (geloofsregels) uit de doeken gedaan worden. De brief bevat ook nauwelijks praktische instructies : hoe je je moet gedragen ten opzichte van God en de naaste… Dus weinig theologie en weinig praktisch… Wat ben je dan met die brief? Waarom is hij opgenomen in de bijbel?… Waar gaat die brief eigenlijk over?

De tweede brief van Paulus aan de gemeente te Korinthe is bovenal een soort van ‘autobiografisch’ geschrift. We leren er de apostel Paulus kennen op een heel bijzondere manier : hij legt er de innerlijke drijfveren bloot waarom hij het evangelie verkondigt. En in die brief lezen we wel voortdurend over ‘wij’ (Paulus schrijft in meervoud)(zoals in onze tekstlezing), maar het mag duidelijk zijn dat Paulus het vooral over zichzelf heeft.

Waarom schreef Paulus zo’n vreemde brief aan de gemeente te Korinthe?… Dat heeft eigenlijk alles te maken met zijn ingewikkelde relatie met die gemeente. Paulus had de gemeente van Korinthe gesticht gedurende zijn tweejarig verblijf daar. Maar toen reisde hij verder… om andere steden te evangeliseren. En in zijn plaats waren valse apostelen gekomen. Valse leraars die er blijkbaar alles aan deden om een ‘ander’ evangelie te vertellen. En om daarin te slagen probeerden ze ook Paulus op alle mogelijke manieren zwart te maken. Daarbij gingen ze op een bijzonder lage manier te werk : zo probeerden ze Paulus blijkbaar belachelijk te maken vanwege zijn fysieke, lichamelijke tekortkomingen. Dat lezen we heel mooi in 2 Kor 10:10 : ‘Want zijn brieven (van Paulus) – zegt men (de valse leraren) – zijn wel gewichtig en krachtig, maar zijn lichamelijke aanwezigheid is zwak en zijn spreken is verachtelijk…’! Blijkbaar mistte Paulus voorkomen. Hij had geen persoonlijke innemendheid, geen charisma… die alle grote sprekers moeten hebben willen ze indruk maken op de menigte die luistert. Sommige schrijvers veronderstellen zelfs dat Paulus een klein, onopvallend mannetje was : ja, een schriel ventje met meer dan waarschijnlijk één of andere lichamelijke vervorming : een bochel misschien, of een afwijking aan de ogen die erg opvallend was. Een aantal teksten in de bijbel verwijzen daarnaar zonder expliciet te zeggen wat er wel mis was met Paulus. Zo heb je bijvoorbeeld Galaten 4:14 : ‘En toch hebt u mijn beproeving, die in mijn lichaam plaatsvond, niet veracht of verafschuwd, maar ontving u mij als een engel van God…’ Er is duidelijk iets mis met zijn lichaam…

Blijkbaar was Paulus ook geen groot spreker… Wat toch wel heel verwonderlijk is als je kijkt naar zijn intellectuele capaciteiten. Maar hij was werkelijk zo saai dat toehoorders zelfs in slaap vielen, denk maar aan Eutychus (Hand 20:9) die slapend uit het raam te pletter viel terwijl hij aan ‘t luisteren was naar Paulus. Dan moet dat preken toch al behoorlijk erg zijn!
1 Kor 2:1 : ‘En ik, broeders, … ben niet gekomen om u met voortreffelijkheid van woorden… het getuigenis van God te verkondigen… (vers 3) En ik was bij u in zwakheid…’ In zwakheid, geen voortreffelijkheid van woorden…

Zijn tegenstanders maakten hem belachelijk op die punten : Paulus had geen mooi voorkomen, geen charisma, geen welsprekendheid… hoe vaak kijken ook wij niet naar die dingen? Hoe vaak beoordelen we de spreker of de predikant in de kerk niet juist op die dingen? Is het een knappe, vlotte gast (liefst van rond de 40, niet te jong, niet te oud)… vertelt hij spannende verhalen, liefst met wat humor? (dan scoort hij of zij toch extra punten?)…. Wel, zo was Paulus helemaal niet… En zijn tegenstanders lachten hem in feite daarom uit.
Tegen dit kader moeten we de tweede brief van Paulus aan de gemeente te Korinthe lezen : eigenlijk is deze brief de verdediging van Paulus aan het adres van die valse leraren en hun laag bij de grondse beschuldigingen.

Hoe luidt nu de wonderlijke verdediging van Paulus? Eigenlijk zegt hij in die brief : al die beschuldigingen aan mijn adres (fysiek zwak, misvormd, slechte spreker…), wel, jullie hebben volledig gelijk! Alles wat jullie zeggen over mij is feitelijk waar!… Inderdaad ik ben zwak, inderdaad ik ben misvormd, inderdaad ik kom slecht uit mijn woorden…
En toch spreekt Paulus de waarheid in tegenstelling tot die valse leraren, die misschien niet lelijk waren, niet misvormd waren, en die wel vlotte babbelaars waren…

Maar niet Paulus moet verdedigd worden, maar wel die waarheid waarvan Paulus getuige is! En daarom staat er in onze tekstlezing :
‘Maar wij hebben deze schat in aarden kruiken, opdat de allesovertreffende kracht van God zou zijn en niet uit ons…’ Deze schat van de waarheid, het evangelie, in ‘aarden kruiken’ : onze zwakke, misvormde, weinig talentvolle lichamen.
Dit is wat we de ganse bijbel door mogen aanschouwen : de waarheid van het evangelie van God wordt bediend door zwakke, falende mensen. Denk aan Abraham : die zelf plannetjes smeedde om aan een erfgenaam te geraken zonder op God te vertrouwen, en toch wordt hij de ‘vader van de gelovigen’ genoemd! Denk aan David, nog zo’n ‘aarden kruik’ : overspel en moord, en toch de man naar Gods hart! Denk aan Mozes, een aarden kruik : want ook een moordenaar… en toch is hij de ‘vriend van God’…! Denk aan Petrus, een aarden kruik : want hij verloochende Jezus 3x… met vervloekingen ontkende hij ook maar iets met Jezus te maken te hebben. En toch bekeerden er zich 3000 door de preek van Petrus op Pinksteren!

En nu dus Paulus : gewoon nog zo’n aarden kruik : zwak, ontoereikend, zondig… En al die beschuldigingen aan zijn adres van die valse leraren zijn waar! En toch moet Paulus zich verdedigen : niet om zichzelf te rechtvaardigen, maar omwille van de waarheid die in hem is… omwille van de waarheid die hij verkondigt.
En Paulus, meesterlijk, draait de zaken om : ja, juist omdat hij zo zwak is, juist omdat hij zo gebrekkig is, juist omdat hij zo weinig talenten heeft… juist daarom gebruikt God hem om het evangelie te verkondigen!
Want bij God werkt alles omgekeerd : de eersten zullen de laatsten zijn. Ja, God heeft een omgekeerde wereld voor ogen! Zo gebruikt Hij met opzet de ‘mislukkingen’ (in de ogen van deze maatschappij) om zijn Koninkrijk kenbaar te maken. En daarom moet Paulus zwak zijn, en krachteloos zijn… omdat God hem zou gebruiken voor Zijn grote doel.

‘Maar wij hebben deze schat in aarden kruiken, opdat de allesovertreffende kracht van God zou zijn en niet uit ons…’ En niet uit ons! Niet uit eigen kracht! Aan God is de eer en de glorie dat Hij mensen redt.
Dit is één van de definiërende kenmerken van Paulus (en het zou dat moeten zijn bij elk christen) : namelijk nederigheid! 2 Kor 10:12 : ‘Want wij (Paulus dus) durven ons niet te rekenen onder, of te vergelijken met sommigen die zichzelf aanbevelen…’ : zij die zichzelf aanbevelen, die zichzelf zo machtig vinden, dat zijn de valse leraren in Korinthe die te koop liepen met hun grootse capaciteiten als spreker (in de Griekse cultuur van die tijd was iemand met oratorische vaardigheid automatisch een belangrijk iemand. Zo iemand kon de massa voor zijn kar spannen, in beweging brengen. In de Griekse cultuur van die tijd werd het vak zelfs aangeleerd aan de rijken en de machthebbers). Maar niet zo bij Paulus!

‘Maar wij hebben deze schat (de waarheid van het evangelie) in aarden kruiken, opdat de allesovertreffende kracht van God zou zijn en niet uit ons…’ Paulus gebruikt hier de woorden ‘aarden kruiken’… (Gr ‘ostrakinos skeuos’) : kruiken, huishoudelijke potten (containers, in allerlei formaten) gemaakt uit ‘aarde’ (klei). De nadruk ligt dus op het huishoudelijke, ja het alledaagse van die potten. Zulke kruiken werden voor van alles en nog wat gebruikt. Alles wat opgeborgen diende te worden stak men in zo’n pot (die fungeerde eigenlijk als een container, een opslagruimte). Vaak ook gewoon als opslagruimte voor afval, die men dan later, als de pot vol was, buiten het dorp kon gooien… Misschien zouden we modern kunnen vertalen met ‘vuilbak’…. dat is eigenlijk waar Paulus op aanstuurt met z’n vers.

Paulus als ‘vuilbak’ waarin de waarheid van het evangelie opgeborgen zit. In 2 Tim 2 : 20 vinden we nog een verwijzing naar deze aarden kruiken : ‘Maar in een groot huis zijn niet alleen voorwerpen van goud en van zilver, maar ook van hout en aardewerk (die aarden kruiken onze tekstlezing). Sommigen zijn voor eervol, maar anderen voor oneervol gebruik…’ Ja, zelfs uitwerpselen werden erin bewaard om later buiten het dorp weg te gooien (een wc bestond toen nog niet uiteraard)… Die ‘aarden kruiken’ waar Paulus het over heeft, zijn, met andere woorden, de simpelste, goedkoopste, en ook heel makkelijk breekbare, containers om iets in op te bergen in die tijd… Wel zo is de mens! Zo is Paulus… zoals een ‘aarden kruik’. Een eenvoudige, alledaagse, goedkope, breekbare… container waarin iets zit : en dat kan afval zijn (ja uitwerpselen!)(ja bij de meeste mensen is het helaas zo), maar het kan ook de waarheid van het evangelie zijn!
En de eer is dus niet aan de container, want dat is maar een eenvoudig huishoudelijk voorwerp, maar de eer is (eventueel) aan de inhoud!

Een heel mooi voorbeeld van wat Paulus bedoeld met deze tekst vinden we eigenlijk in de geschiedenis van de bijbel zelf! Ongetwijfeld hebt u al gehoord van de Dode Zee-rollen, die men in grotten vond bij Qumran (vlak bij de Dode Zee). Deze rollen, weggestopt door de Essenen, zijn eigenlijk de oudste handschriften die men tot nu toe heeft gevonden van de bijbel. En daarom zijn ze van onschatbare waarde. Ze tonen ons hoe Gods Woord eigenlijk onveranderd is gebleven door de eeuwen heen. Deze bijbelboekrollen waren door de Essenen weggeborgen in ‘aarden kruiken’ (potten van klei) in grotten bij Qumran. Het verhaal wil dat een herdersjongen ze bij toeval vond door een steen te gooien in één van die grotten, en hij hoorde één van die aarden kruiken breken (waardoor hij op onderzoek ging en de rollen vond)!

Met andere woorden : het geluid van een brekende aarden kruik bracht de mensen tot bij de oudste bijbelgeschriften die men ooit gevonden heeft! Het geluid van een brekende aarden kruik (zo’n domme pot, zo’n ordinaire container), bracht de mensen tot bij het Woord van God!

Broeders en zusters, wij zijn zulke ‘brekende aarden kruiken’… Paulus was zo’n brekende aarden kruik… en het geluid van zo’n falende container (de woorden die wij stamelend spreken) kan mensen brengen tot het Woord van God!
Dat is wat Paulus hier in onze tekstlezing wil aantonen : God zorgt er voor dat de waarheid komt doorheen falende mensen. Hij gebruikt falende mensen die van zichzelf beseffen hoezeer ze falen (brekende aarden kruiken).

Mensen die overtuigd zijn van zichzelf… die denken dat ze ongeloofelijk interessant en slim zijn… mooi zijn om te zien, charisma hebben, vlot kunnen praten… God kan die niet gebruiken : ze zijn te vol van zichzelf. Gebruikte God theologen om het evangelie op te schrijven?… Nee, gewoon wat vissers eigenlijk.
God gaat voorbij aan de intellectuele elite : want de waarheid is helder en eenvoudig. Het is God Zelf die ons mensen redt. Het is niet door eigen kracht, door eigen (intellectuele) prestatie dat mensen menen zichzelf te kunnen redden (wat die valse leraren in Korinthe bv dachten). Nee, God heeft je lief! Hij redt je! Dat, broeders en zusters, is het evangelie, de goede boodschap! Geloof hierin, vertrouw hierop, en leef in eeuwigheid.

Voorbede.

Hemelse Vader,

Leer ons om niet te streven

naar datgene wat de maatschappij waardevol vindt :

perfect uiterlijk, schoonheid,

talenten die ‘winst’ kunnen opleveren…

Leer ons om ons niet blind te staren

op mensen die zulke dingen bezitten

alsof zij dan automatisch de waarheid in pacht zouden hebben.

Leer ons om dieper te zien dan de buitenkant.

Leer ons om te zien naar de inhoud

van het stamelend spreken…

Leer ons om geen wonderen te verwachten

van onze voorgangers, onze ouderlingen…

Zij zijn uiteindelijk slechts brekende aarden kruiken…

Geef ons het inzicht, de wijsheid,

om te luisteren naar het brekende geluid

van de aarden kruiken die ons leiden

op de weg van Uw kerk.

Schenk ons dan ook verdraagzaamheid en

begrip voor hun falen, hun tekortkomingen…

Openbaar ons Uw evangelie, Uw goede boodschap,

doorheen het falende spreken van eenvoudige mensen.

Alle eer en glorie is aan U Vader,

aan Uw woorden tot ons gericht!

Laat ons niet vasthangen aan mensen, Uw boodschappers.

Zij zijn slechts de ‘containers’ van Uw Woorden voor ons!

Zegen onze voorgangers, dat zij in hun spreken

Uw Waarheid mogen openbaren!

Amen.